Het schippersgilde had een behoorlijke lijst met eisen, voordat iemand lid kon worden. Zoals we zagen hadden in Venlo zo’n 35-50 maasschippers zich verzameld in de “Broderschap van den Heilighen Cruys”. Het gilde diende beschermd te worden, dus moest men voldoen aan strenge voorwaarden.

  • Aanneming als lid kan alleen als de schipper burger van Venlo is.

  • De volledige rechten, op bijvoorbeeld tolvrijdom, gaan pas in als de verschuldigde contributie aan het gilde is betaald.

  • De schipper zal met betrouwbare, goed onderhouden schepen moeten varen, waarin de vracht van de kooplui goed en veilig kan worden geladen en vervoerd.

  • De schippers moeten zich zoveel mogelijk houden aan de met kooplui of factoren (handelaren) gemaakte afspraken waar het betreft de betaling van licenten en tolgelden en de vaartijd.

  • Als het schip is volgeladen moet de schipper zo snel mogelijk afvaren, als het schip niet vol is, mag er maximaal 40 dagen worden gewacht op meer lading.

  • Als de koopman of factor haast heeft, maar het schip is nog niet volgeladen, is er toestemming de vracht met karren over de weg te vervoeren.

  • Als de schipper gereed is om af te varen, moet hij dat aan de koopman of factor melden.

  • Een vreemde schipper mag hier geen vracht laden dan in eigen haven tenzij hij geladen hier is aangekomen.

  • Schippers die het burgerschap van een andere stad hebben aangenomen mogen hier niet laden, ook al zijn ze nog lid van het gilde.

  • Schippers moeten de belangen van de kooplui voorrang geven boven hun eigen affairen en besognes.

  • Als er geen burgerschippers aanwezig zijn maar wel vreemde schippers, dan moeten zij hun lading melden aan het gilde.

  • Overtredingen door kooplui, factors of schippers, burgers zowel als vreemden, zullen beboet worden door de Magistraat van Venlo.

Geef een reactie