Helpoort
De Helpoort was een van de vier hoofdpoorten van de Middeleeuwse Nederlandse vestingstad Venlo. De poort heeft deze naam te danken aan de destijds ten noorden van de stad stromende Helbeek, die even ten noordoosten van de stad zijn oorsprong had in de Rijnbeek.
De poort werd als onderdeel van de Vestingwerken van Venlo rond 1345 gebouwd, en bevond zich aan de noordzijde van de stad, ongeveer waar tegenwoordig het Nolensplein ligt. Gelijk ten oosten van deze poort bevond zich de Schijftoren en diende aanvankelijk ter bescherming van de poort. De poort was bereikbaar via een valbrug over de Helbeek. Deze stroomde aan de buitenzijde van de noordwal in de Maas.
Aan deze Helbeek lag in die tijd, bezijdens Fort Ginkel, een groep moestuinen, die de naam De Hel had. Hel is waarschijnlijk uit het Kleverlands dialect, waarbij het hard of snel betekent. In het Tegels dialect heeft dit nog steeds die omschrijving. Waarschijnlijk heeft het in dit verband te maken met de grondsoort die ter plaatse lag. Het refereert dus vermoedelijk aan de harde grond.
In de 18e eeuw schijnt de poort een andere naam te hebben gekregen, namelijk Geldersepoort. Dit omdat de poort aan de weg naar Geldern lag. Rond diezelfde tijd veranderde de bestemming van het poortgebouw. Waar eerst de poortcommandant zijn kwartier had in het poortgebouw, werd het in die eeuw in gebruik genomen als gevangenis. Ten tijde van de Franse tijd veranderde de bestemming nogmaals: vanaf 1798 deed het gebouw dienst als kruitmagazijn.
Tegenwoordig herinnert nog slechts de straat Geldersepoort aan de Middeleeuwse poort. Ook de Helpoort en de Helbeek zijn er niet meer, maar aan de noordzijde van de binnenstad is wel de straat Helbeek naar de beek vernoemd.
(Bronnen: Frans Hermans: Historische stedenatlas van Nederland deel 6: Venlo, Gemeentearchief Venlo)