Jacques Graus (Belfeld, 15 april 1946) is een Nederlands schrijver en dichter. Een maand na zijn geboorte verhuisde hij naar Roermond.

In Roermond bezocht hij, net als zijn broer Huub Graus, de lagere school, de MULO en de Bisschoppelijke Kweekschool. In Sittard en Tilburg behaalde hij vervolgens MO-A en MO-B Nederlands en in 1975 zijn eerstegraads lesbevoegdheid. Daarna werkte hij achtereenvolgens als leraar Nederlands in Roermond en Echt en ging hij aan de slag als hypnotherapeut.

Vanaf de Kweekschool schreef Jacques Graus gedichten en cabaretteksten. In 1977 debuteerde hij met de verhalenbundel Een oude bekende. Hierna hield hij zich enige tijd met taalspelletjes en -experimenten bezig. In dit genre publiceerde hij Kubus met aforismen (1977), Het schaakbord (1979), De aforismenschijf (1981), Poëziepiramide (1982 en Het hele jaar rond/Kabelspreuken (1991). Hij publiceerde zowel in het Nederlands als in het dialect. Zo verscheen iin 1987 de poëziebundel Teike van laeve. Vanaf het midden van de jaren 90 schreef hij werk van langere adem. In 1995 verscheen Tot de dood ons…, in 2000 Eva, in 2001 Vera, Vera en in 2003 het non-fictieboek Waterkwaliteit in geuren en kleuren, ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van het Zuiveringschap Limburg. In 2011 presenteerde Graus zijn persoonlijkste roman tot op dat moment: Het jaar van de vluchtende geest.

Jacques Graus behoorde in 1981 tot een van de oprichters van het Letterkundig Centrum Limburg.

Geef een reactie