Vanaf 1800 begon Dyonisius Mulder met de productie van witbier, hij had hiervoor de hulp ingeroepen van de Maastrichtse brouwer Paulus Thijssen. Veertig jaar later nam Everhard Mulder de brouwerij aan de Lomstraat in Venlo van zijn vader over. Uit correspondentie blijkt dat Everhard Mulder zich vanaf 1856, als een van de eerste Nederlandse brouwers, al toelegde op de productie van ‘Beijersch Bier’. Na het overlijden van Everhard Mulder in 1851 kreeg Ferdinand Devolder de brouwerij in handen. Ferdinand Devolder was getrouwd met Anna Wolters en na zijn overlijden in 1865 werd de brouwerij het bezit van de familie Wolters.

Louis Anton Wolters moderniseerde de brouwerij en rond 1870 is sprake van Stoombierbrouwerij en ijsfabriek La Belle Alliance onder firma L.A. Wolters. Deze naam bleef gehandhaaft toen de zonen Felix en Jules de brouwerij van hun vader in 1906 overnamen. Het assortiment bestond naast pilsener uit licht en donker lager, Dortmunder, Münchener, bockbier en alt. In de jaren 1920 en 1930 werden de brouwerijen l’Aurore uit Maasbree, Bos uit Grubbenvorst, ‘t Anker uit Neer en Het Hert uit Well overgenomen en omgevormd tot agentschappen van Wolters’ Bieren.

Op 5 november 1944 werd Venlo door de Engelsen gebombardeerd waarbij de brouwerij, op de lagerkelders na, werd verwoest. Na de Tweede Wereldoorlog is ze niet meer herbouwd. Het recept van Wolters alt stond in 1983 model voor het Venloosch Alt van Brouwerij De Leeuw uit Valkenburg. Dit bier werd gebrouwen ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan van Café De Gouden Tijger dat tegenover La belle Alliance was gevestigd.

Geef een reactie