Nu aan het laden
×

Theo Jordans

Theo Jordans

Theo Jordans (Neukirchen, 26 april 1884 – Venlo, 26 januari 1963) was een Nederlands musicus, muziekleraar, dirigent en componist.

In 1908 vestigde hij zich in Venlo, waar hij bij het college van de paters Domicanen een baan als muziekleraar kreeg. Hij was toen net in zes vakken afgestudeerd aan het conservatorium in Keulen: piano, viool, orgel, orkestdirectie, ensemble en compositie. In die tijd maakte hij deel uit van het Gürzenich-orkest, waarbij hij speelde onder leiding van onder anderen Richard Strauss en Gustav Mahler. Doordat hij op een dag Anna Franssen leerde kennen, die hem te verstaan gaf dat ze alleen met hem wilde trouwen als ze nooit uit Venlo weghoefde, bleef Jordans voor de stad behouden.

Na zeven jaar als muziekleraar bij de paters werd Jordans in 1915 particulier docent. Tevens werd hij in dat jaar organist in de kerk van de paters Franciscanen aan de Maagdenberg. In 1918 maakte hij de overstap naar de Sint Nicolaaskerk (ook wel de Kruisherenkerk of Klaaskerk genoemd, in de Klaasstraat) om daar koordirigent en organist te worden. Met het koor van de Sint Nicolaaskerk vierde hij in de jaren twintig grote triomfen, onder meer door het opvoeren van de ‘Missa in die Festo’ van de Nederlandse componist Alphons Diepenbrock.

Jordans had een enorme stimulerende invloed op het Noordlimburgse muziekleven. Zo richtte hij in 1915 de Venlose Orkestvereniging OKNV (Onderlinge Kunstbeoefening Naar Vermogen) op, was hij in 1939 de stichter van de eerste Noordlimburgse muziekschool (later de Venlose muziekschool) en leidde hij tal van Noordlimburgse musici op. Tot die musici behoren onder anderen Pierre Palla, Tiny Joosten, Frans Moonen en natuurlijk zijn eigen kinderen Hein, Millie (zangeres), Rob (organist en componist) en Wieke. Jordans was verder dirigent van OKNV en leidde de Venlose Oratoriumvereniging, de Venlose Koninklijke Philharmonie en fanfare De Echo uit Hout-Blerick. Hij componeerde bovendien missen, liederen, cantaten en een groot koorwerk over Venlo.

Bron: Venloclopedie

You cannot copy content of this page